Leiden, Opstandingskerk

Het ORGEL | Jaargang 107 | (2011) | Nummer 4

Leiden, Opstandingskerk
[Orgelbouwnieuws uit Het Orgel  2011/04]

 

De Christelijk Gereformeerde Kerk van Leiden beschikte tot 2007 over de Opstandingskerk aan de Steenschuur in het centrum van de stad.
Omdat het onderhoud van dit historische kerkgebouw te duur werd, verhuisde men in 2007 naar de vrijgekomen Gereformeerde Bevrijdingskerk (1961) in het zuidwesten van Leiden, die werd omgedoopt tot Opstandingskerk. Daarbij werd besloten dat het bestaande orgel mee zou gaan naar de nieuwe locatie.
De overplaatsing werd uitgevoerd door de firma Kaat & Tijhuis uit Kampen, die de gelegenheid aangreep om het instrument grondig te restaureren. Adviseur bij de restauratie was Henk Kooiker.
Op 11 september 2010 werd het orgel opnieuw in gebruik genomen.

Bouw orgel
De orgelmaker Friedrich Fleiter (1836-1924) uit het Duitse Münster bouwde het orgel oorspronkelijk voor de St.-Josephkirche te Bocholt (D).
Het instrument telde 27 registers verdeeld over Hauptwerk, Schwellwerk en Pedal.
Waarschijnlijk luidde de dispositie bij oplevering als volgt:

Hauptwerk [I] (C-f3) Schwellwerk [II] (C-f3)
Bordun 16’ Bordun 16’
Principal 8’ Geigenprincipal 8’
Gemshorn 8’ Lieblich Gedackt 8’
Flauto Major 8’ Flauto dolce 8’
Hohlflöte 8’ Salicional 8’
Viola di Gamba 8’ Aeoline 8’ (vanaf c)
Octave 4’ Fugara 4’
Rohrflöte 4’ Waldflöte 2’
Quinte 2 2/3’  
Octave 2’  
Mixtur 4st.  
Cornett 3st.  
Trompete 8’  

Pedal (C-d1)
Subbaß 16’
Violonbaß 16’
Harmonicabaß 16’
Principalbaß 8’
Violon 8’
Octave 4’
Posaune 16’
Trompete 8’

Koppelingen: Hw-Sw, Ped-Hw, Ped-Sw
Tremulant
General Crescendo

Aankoop Leiden
Toen het orgel in 1922 te koop werd aangeboden, besloot de Christelijk Gereformeerde Kerk van Leiden tot aanschaf van het instrument.
De Leidse orgelmakers P.C. Bik & Zoon reisden af naar Bocholt om het orgel te demonteren en naar Nederland te transporteren. Tijdens de opbouw voorzag Bik het Hauptwerk van een Trompet 8’; het is niet geheel duidelijk of het daarbij ging om de vervanging van een bestaand Fleiter-register of dat het orgel het tot dat moment zonder Trompet 8’ had moet stellen. Op 25 september 1922 werd het orgel officieel in gebruik genomen. In december van datzelfde jaar plaatste Bik nog een elektrische windmotor.
In 1940 was het orgel dringend aan restauratie toe. De tot op heden onbekende orgelmaker die hiertoe opdracht kreeg, bleek niet in staat deze restauratie tot een goed einde te brengen, waarna de orgelmaker Willem van Leeuwen uit Leiderdorp de klus afmaakte.
Verbouwing 1963
De firma Fonteyn & Gaal uit Amsterdam voerde in 1963 een omvangrijke verbouwing uit. Het binnenwerk werd ondergebracht in een nieuwe ‘achterkast’ en de Fleiter-windladen werden vervangen door nieuwe elektrische veer-membraanlades. Het front werd voorzien van nieuw pijpwerk en de dispositie onderging ingrijpende wijzigingen.
Ook werd het instrument voorzien van een vrijstaande elektrische speeltafel.

Hoofdwerk

Prestant 8’ frontpijpen nieuw, rest Principal 8’ Fleiter
Bourdon 8’ Hohlflöte 8’ Fleiter
Octaaf 4’ Octave 4’, Fleiter
Roerfluit 4’ Rohrflöte 4’ Fleiter
Quint 3’ Quint 3’ Fleiter
Octaaf 2’ Octave 2’ Fleiter
Mixtuur 4-6st. 2’ Mixtur 2’ Fleiter, aangevuld met nieuw pijpwerk
Cornet 5st vanaf g Cornett 3st. Fleiter, aangevuld met nieuwpijpwerk
Trompet 8’ nieuw

Zwelwerk

Prestant 8’ Geigenprincipal 8’ Fleiter, groot octaaf oude Principal8’ Hoofdwerk (waarschijnlijk oude frontpijpen)
Holpijp 8’ Lieblich Gedackt 8’ Fleiter
Salicionaal 8’ Viola di Gamba 8’ Fleiter
Prestant 4’ nieuw
Nachthoorn 4’ (vanaf c) Flauto Major 8’ Fleiter, hoogste nieuw
Vlakfluit 2’ Fugara 4’ Fleiter, hoogste pijpen nieuw
Quint 1 1/3’ nieuw
Scherp 4st 1’ nieuw
Sesquialter 2 st nieuw
Hobo 8’ nieuw

Pedaal

Subbas 16’ Subbaß 16’ Fleiter
Gedekt 8’ C-d transmissie Subbas 16, rest afkomstig uit Bordun16’ (Hauptwerk) Fleiter
Octaaf 4’ Octave 4’ Fleiter
Bazuin 16’ 12 stuks nieuw, rest Trompet 8’ Hoofdwerk, waarschijnlijkvan Bik
Schalmei 4’ nieuw

Restauratie 2010
Het bestaande front is geheel gerestaureerd en voorzien van een bijpassende onder- en achterkast. Hierdoor konden Zwelwerk (in onderkast) en het Hoofdwerk boven elkaar worden geplaatst. Het Pedaal is daarachter geplaatst, gescheiden door een stemgang.
Tegen de rechter zijwand van de onderkast is een geheel nieuwe elektrische speeltafel aangebracht, gebaseerd op bestaande foto’s van de Foto van de oorspronkelijke speeltafel van het Fleiter-orgel aan de hand waarvan Kaat & Tijhuis de nieuwe speeltafel bouwde.
originele Fleiter-speeltafel. De windvoorziening is geheel vernieuwd:
twee dubbelvouwige magazijnbalgen voorzien Hoofdwerk/Pedaal en Zwelwerk van wind.
De in 1863 door Fonteyn & Gaal aangebrachte windladen verkeerden in uitstekende staat en zijn daarom gehandhaafd. Wel is de bekabeling geheel vervangen en zijn noodzakelijke reparaties uitgevoerd. Het pijpwerk is waar nodig gerestaureerd.
De dispositie is meer in lijn gebracht met het bewaard gebleven Fleiterpijpwerk.
Dit betekende dat de meeste door Fonteyn & Gaal aangebrachte stemmen het veld moesten ruimen.


Foto: Geerten vd Wetering

 

Huidge dispositie Fleiter-orgel in de Opstandingskerk te Leiden

Hauptwerk [I] (C-f3)
Bordun 16’ gecombineerd met Subbaß 16’ Pedal
Principal 8’ frontpijpen Fonteyn, binnenpijpen Principal 8’ Fleiter
Hohlflöte 8’ Fleiter
Octave 4’ Fleiter
Rohrflöte 4 Fleiter
Quinte 2 2/3’ Fleiter
Octave 2’ Fleiter
Mixtur 4st. grotendeels Fleiter
Cornett 5st. (vanaf g) 8’-koor nieuw, 3 hoogste koren grotendeels Fleiter, rest Fonteyn
Trompete 8’ C-f1 Bik, rest nieuw in Duitse factuur
Schwellwerk [II] C-f3
Geigenprincipal 8’ Fleiter; C-H waarschijnlijk oude Fleiter-frontpijpen
Lieblich Gedackt 8’ Fleiter
Viola de Gamba 8’ Fleiter
Vox Coelestis 8’ (vanaf c) nieuw
Salicet 4’ Fonteyn, was Prestant 4’
Flöte 4’ C-f2 afkomstig uit Flauto Major 8’ Fleiter, fis2-f3 Fonteyn
Nasard 2 2/3’ nieuw, conisch
Waldflöte 2’ C-f2 afkomstig uit Fugara 4’ Fleiter, fis2-f3 Fonteyn
Terz 1 3/5’ nieuw
Oboe 8’ nieuw, bekers met dubbelconus, Duitse kelen
Pedal  (C-d1)
Subbaß 16’ Fleiter
Principalbaß 8’ deels front, Fonteijn
Gedackt 8’ C-d gecombineerd met Subbaß; rest Fleiter (was Bordun 16’ Hauptwerk)
Octave 4’ Fleiter
Posaune 16’ nieuw, houten bekers, volle lengte, houten stevels, tinnen koppen, Duitse kelen
Trompete 8’ nieuw, C-d gecombineerd met Posaune 16’


Foto: Geerten vd Wetering

Koppelingen
Pedal-Hauptwerk
Pedal-Schwellwerk
Schwellwerk-Hauptwerk
Hauptwerk-Schwellwerk
Tremulant
toonhoogte: a1=441 Hz bij 180C
winddruk: 71 mm Wk
stemming: evenredig zwevend

WILLEM JAN CEVAAL

Bron:Kaat & Tijhuis