Orgelbouwnieuws: Aalsmeer, Hervormde Dorpskerk
Het ORGEL | Jaargang 105 | (2009) | Nummer 1
Aalsmeer, Hervormde Dorpskerk [Orgelbouwnieuws uit NotaBene 2009-01 januari] |
In 1868 plaatste Hermanus KnipscheerII in de Hervormde Dorpskerkvan Aalsmeer een tweeklaviersorgel met aangehangenpedaal.
Waarschijnlijk A.M.T. vanIngen maakte het instrumentschoon in 1884, en waarschijnlijkherhaalde K.P. van Ingen datin 1926.
D.A. Flentrop hersteldehet orgel in 1941 en breidde hetuit met een vrij Pedaal waarvan dedrie fluitregisters in zestien-, achtenviervoetsligging grotendeels ontleend waren aan de Bourdon16′ van het Hoofdwerk. Flentropverdiepte de kas.
In 1968 werddeze nog verder naar achteren vergrootdoor Louis Kramer, die daarnaasteen technische revisie vanhet orgel uitvoerde. De opnieuwvergrote kas bood vanaf dat momentplaats aan een geheel nieuwvrij pedaal met vier eigen stemmenen een Subbas 16′ als transmissievan het Hoofdwerk.
De gebrekkige toestand waarinhet orgel verkeerde was in 1999aanleiding om door Aart Bergwerffeen eerste restauratierapport op te laten stellen. Het herstel kreeguiteindelijk in de periode september2007 tot september 2008 zijnbeslag en werd uitgevoerd doorOrgelmakerij Reil uit Heerde.
Uitgangspuntbij de totaalrestauratiewas de situatie van 1868. Datimpliceerde onder andere dat dein de twintigste eeuw verdiepteachterwand weer op zijn oorspronkelijkeplaats kwam te staan. Ookde windvoorziening herkreeg eenoorspronkelijker opzet. Hiervoorstond het Knipscheer-orgel in Nijbroek(1861) model.
Het Pedaaldat Kramer bouwde, is verwijderd.
In plaats daarvan maakte Reil eengeheel nieuw Pedaal in een apartekas achter het orgel. Maatvoeringen detaillering daarvan zijn overwegendnaar Knipscheer-voorbeeldin Varsseveld (Hervormde
Laurentiuskerk, 1860) en Nijbroek(Hervormde Kerk, 1861).
Het orgelin Varsseveld diende eveneens alsuitgangspunt voor de reconstructievan de verdwenen tongwerkenTrompet 8′ van het Hoofdwerk enDulciaan 8′ van het Bovenwerk.
Deingebruikneming van het instrumentvond plaats op 20 september2008.
Dispositie
Hoofdwerk (l, C f3) | Bovenwerk (II, Of3) | Pedaal (C-d1) |
Prestant 8′ | Prestant D 8′ | Subbas 16′ |
Bourdon 16′ | Viola di Gamba 8′ | Octaaf 8′ |
Roerfluit 8′ | Holpijp 8′ | Octaaf 4′ |
Octaaf 4′ | Prestant 4′ | Fagot 16′ |
Quint 3′ | Open Fluit 4′ | |
Octaaf 2′ | Fluit 2′ | |
Mixtuur 3-5 st | Dulciaan 8′ | |
Cornet D 4 st | ||
Trompet B/D 8′ |
Werktuiglijke registers
Manuaalkoppel
Koppel Pedaal-Hoofdwerk
Koppel Pedaal-Bovenwerk
Tremulant
toonhoogte: a1 = 443 Hz bij 18° C
winddruk: 68 mm wk.
stemming: evenredig zwevend
Bronnen:
Orgelmakerij Reil, Heerde www.reil.nl ;
Het Historische Orgel in Nederland1865-1872, Amsterdam2004, 148-149