Orgelbouwnieuws: Saal, Evangelische Kirche (D)
Het ORGEL | Jaargang 100 | (2004) | Nummer 11
Saal, Evangelische Kirche (D) [Orgelbouwnieuws uit de ORGELkrant 2004/11 november] |
In juni voltooiden orgelmaker Hans vanRossum en zijn medewerkers de restauratievan het orgel in de Evangelische Kirche teSaal. Het instrument werd in 1780 gebouwddoor de uit Rostock afkomstig orgelmakerHeinrich Kersten (1732-1799) en geldt alshet best bewaarde instrument van zijn hand.Desondanks werden ook aan het orgelvan Saal in de loop der jaren de nodigewijzigingen uitgevoerd. Tijdens de laatsterestauratie kwam veel nieuwe informatieover de geschiedenis van het orgel aan hetlicht betreffende het bouwjaar(voorheen werd het orgel gedateerdop 1790) en wijzigingendie gedurende de 19de eeuwplaatsvonden. De oorspronkelijkedispositie is echter nogaltijd niet bekend. In een uit1834 daterende brief, die in dewindlade werd aangetroffen, isde volgende dispositie te lezen:
Hauptwerk
Principal 8
Quintatöne 16
Gedackt 8
Octav 4
Octav 2
Mixtur III
Gedackt 8 (?)
Trompet 4
Obermanual
Flöte 4
Nachthorn 2 2/3
Vox Humana 8 D
Pedal
Subbass 16
Octav 8
Octav 4
Deze dispositie roept echter de nodigevragen op, en strookt niet met de informatiedie uit de nog bewaarde windladen enstokken kan worden afgeleid. Zeker iswel dat het orgel in 1834 werd hersteld engewijzigd door de uit Berlijn afkomstigeorgelmaker Carl August Buchholz.
Bij diegelegenheid herstelde men de windladen,vervaardigde nieuwe pijproosters enwijzigde de volgorde van de diverseregisters. Daarnaast werd een deel vanhet pijpwerk vernieuwd en de dispositiegewijzigd.
Uit de bovengenoemde brief enhet orgel zelf kan worden afgeleid dat meneen nieuwe Principal 8, Spitzflote 2 2/3,Octav 2 en Mixtur III voor het Hauptwerkvervaardigde, terwijl de Quintatöne 16werd vermaakt tot Bordun 16 en de Gedackt8 tot (een deels nieuwe) Rohrflöte 8; deTrompet werd verwijderd.
Op het Positivplaatste men een Salicional 4 (in plaatsvan de Flöte 4), een Gedackt 8 (in plaatsvan de Nachthorn) en benutte men depijpen van de oude Principal 8 voor eennieuwe Prestant 8 die de plaats van de VoxHumana 8 in nam.
Ook het Pedal bleefniet onveranderd. De Posaune 16 werdgewijzigd in een Fagott 8 en de Octav 8werd nu Violon genoemd. Op een apartelade voegde men tenslotte een nieuwePosaune 16 toe.
Om deze uitbreidingmogelijk te maken werd de kast verdiept ende aanleg van de windkanalen gewijzigd.
In 1904 nam Barnim Grüneberg uitStettin het orgel onder handen. Dewindladen kregen nieuwe pulpeten en dehandklavieren werden vervangen. Verderwijzigde hij de toonhoogte en de intonatiedoor het pijpwerk twee tot drie plaatsen opte schuiven en vervolgens op a1 = 415 Hzaf te snijden.
Tenslotte verloor het orgel inde Eerste Wereldoorlog haar frontpijpen,die later door zinken exemplaren werdenvervangen.
Vorig jaar begon Hans van Rossum metde restauratie van het instrument.
Opdat moment waren de gegevens uit debrief van 1834 nog niet bekend. Menveronderstelde dat de uitbreiding van het Pedal (met Posaune 16) en de plaatsing vande Prestant 8 in plaats van de Vox Humana(Obermanual) het werk van Grünebergwaren en koos de (vermeende) toestand van1834 als uitgangspunt.
De orgelkast is gecompleteerd waarbij deachterwand op zijn oorspronkelijke plaatsterugkeerde. Op basis van aangetroffensporen is de orgelkast vervolgens opnieuwgeschilderd.
De mechanieken zijn, voorzover origineel, hersteld en waar nodiggereconstrueerd.
In overleg met adviseurMartin Rost werd de hefboomwerkingvan de armpjes verbeterd. Op basis vanoude 18de-eeuwse voorbeelden werdennieuw handklavieren (uitgevoerdals staartklavieren) vervaardigd; hetpedaalklavier is hersteld. De nieuweregisterknoppen zijn naar voorbeeld vanKersten gemaakt; de nieuwe registeropschriftenzijn op de kast geschilderd.
De windladen zijn gerestaureerd waarbijde lade voor de manualen nieuwe sponselskreeg.
De beide oude spaanbalgen zijnopnieuw beleerd. Waar nodig is hethoutwerk, dat zeer sterk door houtwormwas aangetast, vervangen. Om diezelfdereden zijn de windkanalenvrijwel integraal vernieuwd.
De zinken frontpijpen werdenverwijderd en de originelepijpen van de Principal 8keerden naar het Hauptwerkterug. Daartoe is een aantalfrontpijpen van nieuwe voetenen kernen voorzien.
Op devrijgekomen (wissel)sleepplaatste men een nieuwe VoxHumana 8 (naar historischvoorbeeld), in beide werkenspeelbaar. Het overige pijpwerkwerd schoongemaakt, gerestaureerden gecompleteerd; deoude toonhoogte werd hersteld.Dispositie (pijpwerk vanKersten is bewaard in de met[K] gemerkte registers):
Hauptwerk (I, CD-c3)
Principal 8 ([K] C hout; D-e2 front; D-Fis, h2-c3 nw)
Bordun 16 ([K] C-c1 grenen, rest met., cis1, h2, c3 nw)
Rohr Floit 8 ([K] cis-f en h2-c3 nieuw)
Octava 4 ([K] dis2, h2 en c3 nieuw )
Quinta 3 (1834, h en c3 nieuw)
Octava 2 (1834, a, h2 en c3 nieuw)
Mixtur III (1834, enkele pijpen nieuw)
Vox Humana 8 (nieuw)
Positiv (II, CD-c3)
Gedact 8 ([K] h2-c3 nieuw)
Salicional 4 (1834, h2-c3 nieuw)
Vox Humana (wisselsleep met Hauptwerk)
[lege plaats]
Pedal (C-c1)
Subbas 16 ([K] h-c1 nieuw)
Violon 8 ([K] h-c1 nieuw)
Octava 4 ([K] b-c1 nieuw)
Trompete 8 ([K] bekers c, a en c1 nieuw)
Tremulant. Winddruk: 63 mm wk. a1 = 460
Hz. Temperatuur: 1/6 komma.
Bron Hans van Rossum