Het Nederlandse orgelfront in de eerste helft van de twintigste eeuw
door Hans Fidom | Het ORGEL | Jaargang 97 | (2001) | Nummer 3
Hans Fidom | Het Nederlandse orgelfront in de eerste helft van de twintigste eeuw Het ORGEL 97 (2001), nr. 3, 17-30 [samenvatting] |
Een voor de hand liggende manier om kennis te maken met de Nederlandse orgelbouw tussen 1900 en 1950 is het bestuderen van de orgelfronten. Hun vormgeving hangt nauw samen met die van gebouwen; kerkarchitecten ontwierpen dikwijls fronten, en daarop gebaseerde sjablonen werden wel door orgelmakers als uitgangspunt gebruikt.
Na architect Berlage (1856-1934), die naar evenwicht tussen functionaliteit en versiering streefde, ontstonden de Amsterdamse School, waarin fantasievolle vormgeving prevaleerde, en het functionalisme (verwant aan De Stijl) waarin juist de functie van gebouwen het primaat had. In de vroege 20ste eeuw waren tevens de neo-stijlen uit de 19de eeuw nog populair. Ook was er sprake van Jugendstil en, in de loop van de 20ste eeuw, van de historiserende stijl van de Delftse School. In orgelfronten zijn deze stijlen herkenbaar. De orgels in het Concertgebouw in Amsterdam (1891, architect Van Gendt verwees met name naar het Witte-orgel in Hoorn, foto 4 en 12) en de Nieuwe Zuiderkerk te Rotterdam (1915, ontwerp Tjeerd Kuipers, foto 26) waren belangrijke inspiratiebronnen.
In de loop van de vroege 20ste eeuw verdwijnt de orgelkast; open orgelopstellingen ontstaan. Speciale aandacht verdienen in dit verband de fronten van Boeyinga (Maranathakerk Rotterdam, 1930; waarin functionalistische ideeën en Amsterdamse School-elementen samengaan, foto 44) en Egbert Reitsma, die zich sterk maakte voor fronten opgebouwd uit diverse pijplagen achter elkaar (zoals in Andijk, 1930, foto 47). De reeks afbeeldingen in de tabel hieronder toont de ontwikkeling van het Nederlandse orgelfront tussen 1900-1950.
Er is weinig verband tussen uiterlijk en innerlijk van deze instrumenten. Veelal betreft het (electro)pneumatische orgels met registercancelladen. In de disposities volgde men de ontwikkelingen in Duitsland.