Orgelbouwnieuws: Neuenhaus (Duitsland), Katholische Kirche

Het ORGEL |Jaargang 95 |(1999) |Nummer 3
Neuenhaus (Duitsland), Katholische Kirche
[Orgelbouwnieuws uit de ORGELkrant 1999/3, maart]

neuenhaus-rk.jpg (20473 bytes)Op 12december 1998 werd het gerestaureerde orgel in de Katholische Kirche te Neuenhaus(Duitsland) in gebruik genomen. Het instrument werd in 1860 gebouwd door J. Halmshaw &Sons (Birmingham) voor de Darkhouse Baptist Church te Closely. In de loop der jaren bleefhet orgel nagenoeg geheel gaaf bewaard. Alleen de kast en frontpijpen werdenovergeschilderd zodat het bladgoud op de frontpijpen verloren ging. De restauratie enoverplaatsing naar Neuenhaus werd uitgevoerd door F.R. Feenstra (Grootegast), onder adviesvan J.F. Rahe uit Osnabrück. Daarbij is de orgelkast geloogd en door decoratieschilder W.van den Berg (Lienden) beschilderd in een donkere eikenimitatie. De firma Stinkens (Zeist)bracht opnieuw bladgoud op de frontpijpen aan. Meer ingrijpend waren de werkzaamheden aanhet instrument zelf. De frontstijlen zijn verhoogd en de zijtorens zijn van kappenvoorzien; het toegevoegde snijwerk werd gemaakt door T.T. Top (Kruisweg). Op het Swellwaren oorspronkelijk in het groot octaaf slechts pijpen aanwezig voor de Stop Diapason, deoverige registers begonnen op c. Nu kregen alle registers een groot octaaf, waarbij dezepijpen van de Stop Diapason en de Bourdon op een nieuwe lade achter het orgel zijngeplaatst; de overige pijpen kregen een plaats in de zwelkast. De beide tongwerken,Cornopean en Hautboy kregen gezamenlijk een Bassoon als groot octaaf. Al het toegevoegdepijpwerk komt uit de voorraad van Feenstra. Het ‘oude’ pijpwerk was vrijwelongewijzigd bewaard gebleven, alleen de in het verleden verhoogde opsneden van de houtenStop Diapasons werden weer verlaagd. De windvoorziening bestaat uit een magazijnbalg metin- en uitgaande vouw en daaronder twee schepbalgen met een pompboom. Deze wordt bedienddoor een elektromotor, verbonden met een reductiekast. Aan het balgblad is eenpotentiometer bevestigd die verbonden is met een frequentieregelaar die de snelheid van demotor regelt. Naast deze door Feenstra voor het eerst toegepast experimentele aanleg isook nog een ‘normale’ windmotor aanwezig.

De dispositie: Great (Manuaal I, C-f3): Open Diapason 8, Stop Diapason 8, Viola diGamba 8 (vanaf c), Principal 4, Flute 4 (vanaf c), Twelfth 2 2/3, Fiftheenth 2,Sesquialtra IV, Trumpet 8. Swell (Manuaal II, C-f3): Bourdon 16, Open Diapason 8, StopDiapason 8, Principal 4, Fifteenth 2, Cornopean 8, Hautboy 8. Pedal (C-e1): Open Wood 16.Koppelingen: Swell – Great, Great – Pedal, Swell – Pedal. Winddruk: 62 mmwk. Toonhoogte: a1 = 437 Hz bij 18 ° C. Temperatuur: evenredig zwevend.

Bron: F.R. Feenstra