Artikelen
Peter van Dijk |
![]() |
Het Garrels-orgel
van de Oud-Katholieke Kerk in Den Haag Het ORGEL 94 (1998), nr. 4, 16-22 [samenvatting] |
In 1994 werden de her en der verspreide onderdelen van het Garrels-orgel van de Oud-Katholieke Kerk te Den Haag (1726) herenigd bij een reconstructie door Flentrop Orgelbouw. Adviseur was Klaas Bolt, na zijn dood opgevolgd door Hans van Nieuwkoop. Onlangs verscheen daarover Het Garrels-orgel in de Oud-Katholieke Kerk in Den Haag (Den Haag 1997), met bijdragen van onder meer A.J. Gierveld (leven en werk van Garrels) en Hans van Nieuwkoop (die oppert dat Garrels in dienst was bij Christian Müller).
Het Garrels-orgel in de Oud-Katholieke Kerk te Den Haag Foto Flentrop Orgelbouw
Garrels verving in
1734 op het Rugwerk een vulstem door een Holpijp 8. Daarna is aan
het orgel gewerkt in 1810/1825 (Friederichs), 1833 (Bätz) en 1876
(Witte). In 1910 kreeg het een nieuw binnenwerk (Spit). De
Rugwerklade en -pijpwerk werden in 1914 gebruikt voor een nieuw
orgel te Zeist; de Hoofdwerklade en -pijpwerk van Garrels in 1918
voor een nieuw orgel te Vollenhove (Sanders). De in 1973 opgerichte
Stichting Reconstructie Garrels-orgel gaf de aanzet tot de
hereniging van de onderdelen. Aanvullend pijpwerk, de nieuwe
windvoorziening, traktuur en klaviatuur werden waar mogelijk naar
voorbeelden van andere Garrels-orgels gemaakt.
De disposities van de Garrels orgels te Anloo (1718), Maasland
(1725) en Den Haag, Lutherse Kerk (door Garrels verbouwd in 1724) en
Oud-Katholieke Kerk, laten invloeden van Garrels leermeester
Schnitger (Anloo) en Hollandse invloeden zien (Maasland:
Sesquialters en Cornetten, Quintadeen-Baarpijp-Vox humana naast
elkaar). Naast deze invloeden toont Garrels' werk met name in de
kunstig gevarieerde mensuurpatronen eveneens de creatieve
meester-orgelmaker. Zijn orgels laten zich met één woord typeren:
deftig.